Petroleumpier Antwerpen
Naast de oudste petroleumhaven van België is de haven tevens één van de eerste in Europa. De opkomst en het groeiend gebruik van petroleum in diverse toepassingen vanaf het einde van de 19e eeuw had een uiterst belangrijke impact op de industriële, technologische, economische, sociale en ruimtelijke ontwikkelingen in België. Al sinds 1861 was Antwerpen de eerste petroleuminvoerder in Europa. In het begin van de 20ste eeuw werd aan de Schelde, ten zuidwesten van de binnenstad, de petroleumhaven ‘Petroleum-Zuid’ aangelegd, die in de daaropvolgende decennia uitgroeide tot een belangrijke speler in de Europese petroleumindustrie. De jettypier is één van de resterende materiële relicten op de site die getuigen van de geschiedenis en de ontwikkeling van Antwerpen als petroleumhaven.
De pier, gebouwd in 1901-1903, is één van de weinig bewaarde constructies uit de beginperiode van Petroleum-Zuid. De ongeveer 300 m lange constructie bestaande uit veertien met natuursteen afgewerkte bakstenen pijlers en een gewapend betonnen brugdek. Eén van de vroege toepassingen van gewapend beton in Belgisch Vlaanderen.
Solid Services voerde specialistisch onderzoek uit om de constructieve restwaarde, restlevensduur en samenstelling van de verschillende constructiedelen en toegepaste materialen te bepalen.
Monumentale status
Hoofdingenieur en directeur van openbare werken Gustave Royers tekende de plannen voor de pier in 1900. Het bouwwerk werd uitgevoerd door de aannemers H. Hersent et fils (de pijlers. voltooid in 1901) en G. Van Bergen (afwerking van de pijlers en de brug. voltooid in 1903) uit Antwerpen. en Grondel et frères uit Gent (gewapend beton). In verband met de historische en industrieel-archeologische waarde is het object aangeduid als bouwkundig erfgoed en beschermd monument.